2025 Marklin 39782 | 43353 SERIE 78 STOOMLOCOMOTIEF

JavaScript lijkt uitgeschakeld te zijn in uw browser.

U moet JavaScript ingeschakeld hebben in uw browser om de functionaliteit van deze website te kunnen benutten.
Klik hier voor instructies over het inschakelen van Javascript in uw browser.

Steiff 007590 TEDDY BEAR ELENA WHITE | RMS MOHAIR | 2024 has been added to your Cart

[Marklin: 39782_43353]

Omgebouwd tot tenderlocomotief 39782: Het voorbeeld is een symbool van de veranderingsgezindheid en het plezier in experimenteren van de toen nog jonge Bundesbahn. Theoretisch goed doordacht maar praktisch niet uitvoerbaar, bleven de twee experimentele locomotieven van de serie 78.10 de enige in hun soort.

Eenheidswagons voor zijlijnen 43353: Na de Eerste Wereldoorlog nam de pas opgerichte Deutsche Reichsbahn een groot aantal types personenwagens over, die meestal een houten carrosserie hadden. Om het onderhoud te vereenvoudigen werden gestandaardiseerde wagens met metalen bovenbouw ontwikkeld, wat ook de veiligheid enorm vergrootte. Voor de zijlijntypes volgde de Reichsbahn eerdere ontwerpen en schafte de gebruikelijke tweeassige doorgaande rijtuigen met open platform aan. In het begin van de jaren dertig vond een nieuwe modernisering plaats met de invoering van gesloten platforms en gelaste carrosserieën. Deze rijtuigen bleven bij de DB tot in de jaren 1960, vaak ook als bijwagens achter treinstellen. Enkele voorbeelden zijn bewaard gebleven - onder andere bij de Bayerische Localbahnverein en bij de 3Seenbahn in het Zwarte Woud.

Voorbeeld 39782: Stoomlocomotief 78 1002 van de Deutsche Bundesbahn (DB), type 2'C2'h2 met tweeassige korte tender 2T17. Versie met drielichtkoplampen in de toestand rond 1958.

Voorbeeld 43353: Vijf sneltreinrijtuigen van de Deutsche Bundesbahn (DB). Eén bagage-/postwagen PwPostie, één doorgaande wagen 1e/2e klasse ABie en drie doorgaande wagens 2e klasse Bie. Kleurstelling flessengroen. Zoals in gebruik rond 1958.

Highlights 39782:

Opengewerkte constructie in metaal.
Veel gemonteerde details.
Drielichts frontlicht.
Machinistencabineverlichting digitaal schakelbaar.
Flikkerend licht in de vuurkist digitaal schakelbaar.
Stroomgeleidende koppeling aan de tender, digitaal schakelbaar.
Rookgarnituur standaard ingebouwd, digitaal schakelbaar.
Met digitale decoder mfx+ en uitgebreide bedrijfs- en geluidsfuncties.
Bufferhoogte conform NEM

Highlights 43353:

Wagenbodem en delen van de bovenbouw opnieuw vormgegeven.
Voor het eerst met ledbinnenverlichting.
Binnenverlichting met buffergeheugen.
Een rijtuig 2e klas met ingebouwd staartlicht.
Stroomgeleidende koppelingen.
Via stoomlocomotief 39782 is de binnenverlichting van het treinstel digitaal schakelbaar.

Model 39782: Met digitale decoder mfx+ en uitgebreide geluidsfuncties. Geregelde hoogvermogenaandrijving met vliegwiel in de ketel. 3 aangedreven assen. Antislipwielen. Locomotief en tender grotendeels van metaal. Ingebouwde rookset in conventioneel bedrijf, digitaal schakelbaar. Met de rijrichting wisselend driepuntsfrontsein, in conventioneel bedrijf, digitaal schakelbaar. Flikkerend licht in de vuurkist digitaal schakelbaar. Bovendien is de machinistencabineverlichting digitaal schakelbaar. Verlichting met onderhoudsvrije ledlampjes. Stroomgeleidende koppeling aan de tender digitaal schakelbaar. Kleinst berijdbare boogradius 360 mm. Zuigerstangafschermingen, remslangen en schroefkoppelingen meegeleverd. Machinisten- en stokerfiguur worden standaard meegeleverd. Lengte over de buffers ca. 19,9 cm.

Model 43353: Alle wagens met ingebouwde binnenverlichting en stroomgeleidende koppelingen Via de ingebouwde stroomgeleidende kortkoppelingen kan het hele trein via stoomloc 78 1002 (artikel 39782) van stroom worden voorzien. Binnenverlichting via de locomotief digitaal schakelbaar. Een 2e klasse rijtuig met ingebouwd sluitlicht. Totale lengte over de buffers ca. 75 cm.

Grootbedrijf informatie 39782: Stoomlocomotief 78 1002 Begin jaren 50 gaf de nog jonge Bundesbahn hoge prioriteit aan de uitbreiding van het lokale en intercityverkeer, maar het bestand aan hiervoor geschikte tenderlocs was uiterst beperkt. Sleeptenderlocs waren er daarentegen voldoende en dus was het logisch om te bekijken of het grote bestand aan locomotieven uit serie 38.10-40 (Pruisische P 8) hiervoor geschikt zou kunnen zijn. Daarom probeerde de DB toentertijd om deze machine in een tenderloc om te bouwen, om het noodzakelijke keren op het eindstation te besparen. Op voorspraak van Prof. Mölbert in Hannover kreeg de firma Krauss-Maffei in 1951, samen met BZA München, de opdracht om de machines 38 2890 en 2919 met korte tenders uit te rusten. Ketel, aandrijving en onderstel bleven nagenoeg ongewijzigd. Alleen het voorste draaistel werd door de inbouw van een nieuwe draaitapbehuizing veranderd, om meer zijspeling te verkrijgen. Voorts werd een automatische terugstelvoorziening aangebracht. De nu aan alle zijden gesloten machinistencabine werd daarentegen compleet nieuw gebouwd op basis van een gelaste constructie. De nieuw ontwikkelde tweeassige korte tender werd met de loc verbonden via een sterke dissel, die met een op een Krauss-Helmholtz-onderstel gebaseerde terugstelvoorziening was uitgerust. De kolen konden worden aangevoerd door een cirkelvormige opening in de achterwand van de machinistencabine, die door een rubberen vouwmanchet naar de tender was afgedicht. De twee machines golden na de ombouw als tenderlocomotieven met wielstelcode 2’C2’ en kregen daarom de bedrijfsnummer 78 1001 (ex 38 2919) en 1002 (ex 38 2890). Ze werden goedgekeurd voor een topsnelheid van 100 km/h in beide rijrichtingen, maar bij achteruitrijden bleken snelheden boven 60 km/h al problematisch. Er werden niet meer machines omgebouwd, omdat deze investeringen vanwege de voortschrijdende structuurverandering niet meer lonend waren. Vanaf 1953 reden de twee machines eerst in het gebied van BD München, later werden ze in het gebied rondom het Bodenmeer ingezet. Beide locomotieven werden al in 1959 uitgerangeerd en in 1961 uit dienst genomen.

Eenmalige MHI serie!